Een zalig en vreugdevol paasfeest!
Van bij haar begin en van eeuw tot eeuw geeft de Kerk deze wens door. Oosterse christenen begroeten elkaar op Pasen met de vreugdevolle belijdenis: “Christus is verrezen!”.
Een leeg graf vol vragen
Op de eerste paasmorgen zeiden de engelen in het graf tot de vrouwen: “Wie zoekt gij? Hij is niet hier! “. De apostelen konden niet anders dan vaststellen: nee, Christus is er niet meer. Hij is weg. Het lijkt wel ‘amen en uit’ voor hen: voorbij zijn die blijde tochten doorheen Galilea, de toespraken tot de menigte, de visvangst op het meer, de charme van zijn parabels. Dat is alles voorbij. Ze zullen er moeten aan wennen.
Van zien naar geloven
Maar Christus komt terug, op een andere manier zichtbaar, in zijn verschijningen. Veertig dagen lang leert Hij aan zijn leerlingen hoe ze de overgang moeten maken van zien naar geloven. En dat zal niet meevallen. Thomas zal aanvankelijk zelfs die overgang weigeren. Hij zegt: “Als ik in zijn handen de tekenen van zijn wonden niet zie, als ik mijn vinger niet in zijn wonden kan leggen, als ik mijn hand niet in zijn zijde kan steken, zal ik nooit geloven” (Joh 20,25). Als Thomas later de kans krijgt om dit te doen, zal Jezus hem verwijten: “Thomas, omdat ge gezien hebt, gelooft ge. Zalig die niet gezien hebben en toch geloven” (Jo 20,29).
Ook hedendaagse christenen zijn zij die niet gezien hebben en toch geloven. En Jezus noemt hen ‘zalig’.
[…]
Lees meer in KERK & leven van 5 april 2023
Pastoor Frans